Ik vroeg het aan ChatGPT. Met als voorbeeld een blog over dit onderwerp. Hieronder (onder de foto) het resultaat dat ik kreeg, inclusief dat irritante hoofdlettergebruik. Ruimschoots binnen de minuut. Nee, het is zeker geen perfect blog, maar indrukwekkend vind ik het wel. Als je een collega-tekstschrijver bent, raad ik je aan je serieus te buigen over de meerwaarde die je een opdrachtgever te bieden hebt. Ik doe dat in ieder geval wel. Voor een (andere) website van me, ontvang ik meerdere artikelen per maand die bedoeld zijn voor link-building. Die zijn geschreven door mensen die zich aan de onderkant van de markt begeven en artikelen opsturen die vaak van bedroevende kwaliteit zijn. Dat kan AI nu al veel beter. En dat is, zoals je zult begrijpen, nog maar het begin.

Over enige tijd (geen idee hoeveel tijd) kan ik voor dit weblog volstaan met het geven van wat input (de ‘prompt’). Maar als het zover is, laat ik je dat uiteraard weten.

Titel: “De Nieuwe Werkelijkeid: Hoe AI de Copywriter Transformeert”

Welkom bij mijn weblog! Vandaag wil ik het hebben over een onderwerp dat de laatste jaren veel aandacht heeft gekregen: de invloed van kunstmatige intelligentie (AI) op het werk van een copywriter. Als copywriter ben ik altijd geïnteresseerd geweest in nieuwe technologieën en hoe ze ons vak beïnvloeden. Laten we dus eens kijken naar de opwindende veranderingen die AI met zich meebrengt en hoe dit ons werk transformeert.

Een van de meest voor de hand liggende manieren waarop AI copywriters beïnvloedt, is door het automatiseren van bepaalde taken. Dankzij natuurlijke taalverwerking (NLP) kunnen AI-systemen nu content genereren op basis van gegevens en patronen die ze hebben geanalyseerd. Dit betekent dat sommige routinematige schrijfopdrachten, zoals het genereren van productbeschrijvingen of het samenstellen van rapporten, nu door AI kunnen worden afgehandeld. Dit stelt copywriters in staat om meer tijd te besteden aan creatieve en strategische aspecten van hun werk.

Hoewel AI veelbelovend is, moeten we erkennen dat het nog niet perfect is. Een van de grootste uitdagingen is het creëren van content met een menselijke toon en gevoel. AI kan taal goed begrijpen, maar het mist vaak de creativiteit en de emotionele intelligentie van een menselijke schrijver. Daarom is er nog steeds behoefte aan copywriters die de content kunnen aanpassen aan de gewenste doelgroep en merkstem.

Een ander interessant aspect van AI is het vermogen om data-analyse te verbeteren. Copywriters hebben nu toegang tot gegevens over het gedrag en de voorkeuren van consumenten op een schaal die voorheen ondenkbaar was. Met behulp van AI kunnen we deze gegevens analyseren en inzichten verkrijgen die ons kunnen helpen om effectievere en gepersonaliseerde content te creëren. Dit stelt ons in staat om onze boodschap beter af te stemmen op de behoeften van de doelgroep en de resultaten van onze inspanningen te verbeteren.

Een ander opwindend aspect van AI is de mogelijkheid om content te optimaliseren voor zoekmachines. Door het analyseren van zoekwoorden en trends kan AI copywriters helpen om beter vindbare content te maken. Dit betekent dat we ons kunnen richten op het creëren van waardevolle en relevante content, terwijl AI ons helpt om de technische aspecten van zoekmachineoptimalisatie te optimaliseren.

Hoewel sommige mensen misschien bezorgd zijn dat AI uiteindelijk copywriters zal vervangen, geloof ik dat ons vakgebied juist profiteert van deze technologie. AI neemt routinematige taken over en stelt ons in staat om ons te concentreren op wat we het beste doen: creatieve, strategische en emotionele intelligentie toevoegen aan onze content. Het vereist echter ook dat copywriters zich blijven ontwikkelen en nieuwe vaardigheden leren om optimaal gebruik te kunnen maken van AI-tools.

Kortom, AI heeft een aanzienlijke invloed op het werk van copywriters. Het verandert de manier waarop we werken, biedt nieuwe mogelijkheden voor inzichten en optimalisatie, en helpt ons om efficiënter te zijn in onze taken. Als copywriter ben ik enthousiast over de kansen die AI biedt en kijk ik ernaar uit om te zien hoe ons vakgebied verder zal evolueren in de komende jaren. Laten we ons openstellen voor deze technologie en er het beste van maken!

Bedankt voor het lezen van mijn weblog. Tot de volgende keer!

Het bericht AI en de overbodigheid van de tekstschrijver verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

We willen bovenaan staan in Google

Ik ben daar direct duidelijk over. Mijn teksten helpen je niet aan een nummer 1 positie in Google. Het zou een valse belofte zijn, want die felbegeerde positie kan niemand je garanderen. Ja, als je ‘m koopt en mensen die die valse belofte doen doelen daar ook meestal op. Blijkt later, als je een paar duizend euro lichter bent.

Iemand anders kan ’t wel

Het zal niet de eerste keer zijn dat me tijdens zo’n eerste gesprek teleurgesteld over mijn niet-belofte, wordt verteld dat ‘iemand anders’ dat wel kan. Tuurlijk joh, beloven is makkelijk, die rekening komt later wel.

Al eerder schreef ik over het verschil tussen on-page en off-page SEO. Samengevat: dat wat er op je website gebeurt, heeft maar deels te maken met de waardering die je van Google toegedicht krijgt.   

De heilige graal

En wat mensen vaak onderschatten is dat de concurrentie hevig is. Je bent niet de enige die een tekstschrijver in de arm neemt voor de inhoud van de website. Want iedereen wil graag die heilige graal: bovenaan staan in de zoekresultaten op alle zoekwoorden die er maar te verzinnen zijn. Zo dromen we met z’n allen verder en de enige die zich helemaal rijk lacht, is Google zelf.

De enige die zich helemaal rijk lacht, is Google zelf

De voornaamste reden voor het inschakelen van een tekstschrijver is het bieden van een aangename ervaring voor je webbezoekers. De teksten passen bij je onderneming, verstevigen je imago en zorgen ervoor dat mensen langer op je website blijven en – daar werken we samen aan – uiteindelijk iets kopen of contact opnemen.

Tekst is maar een onderdeel van je site

Da’s nog een flinke klus hoor, vergis je niet. Het is ook niet zo dat als ik vandaag teksten voor je schrijf, je morgen een omzetstijging ziet. Uiteindelijk is dat wel het plan natuurlijk, maar laten we ook realistisch blijven. Tekst is maar een onderdeel van je site en alle andere elementen spelen ook een rol. Als je echt grote ambities hebt, dan komt je webbouwer in beeld, je webhost, je fotografie, linkbuilding, je eigen activiteiten op andere sites en social media en zelfs je offline-activiteiten.

Een reëel beeld van wat webteksten kunnen betekenen

Ik zou willen dat het anders was, maar helaas, goede webteksten zorgen niet zomaar voor een toppositie in de zoekresultaten. Als je een reëel beeld wilt van wat wel en niet mogelijk is, neem dan contact met me op. Want behalve aan goede webteksten, kan ik je ook helpen aan inzicht in factoren die verder van belang zijn. En ik kan fictie en feiten voor je scheiden.

Het bericht Goede webteksten alleen bezorgen je geen toppositie in Google verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

De oplossing die sommigen daarvoor denken te vinden is een andere vraag: “Hoeveel vraag je per uur?” Dat is een listige vraag. En ik geef er eigenlijk nooit antwoord op. Het is namelijk een zoektocht naar het laagste uurtarief. En het is in mijn wereld nu eenmaal zo dat er mensen zijn die tekstschrijven als bijbaan hebben. Ze hebben een partner met een goed inkomen en zelf zijn ze al blij met wat zakgeld per maand. Dus werken ze voor 30 euro per uur. Of minder. Terwijl iedereen weet dat je als ZP’er je hoofd niet boven water kunt houden met zo’n uurtarief. Ik wil dat wel, dus als er uurtarieven op een rijtje worden gezet, leg ik het altijd af.

En er zit bij dat uurtarief natuurlijk ook een venijnig addertje onder het gras. Want een uurtarief zegt niets over over de uiteindelijke factuur die je krijgt:

Bovenstaande afbeelding is een fictief voorbeeld uiteraard. Maar denk niet dat dergelijke verschillen in uurtarief en in (gefactureerde) werktijd onzin zijn. Ik heb extremere voorbeelden (verschillen) meegemaakt.

Maar dit is dus wel de reden dat ik nooit zomaar een uurtarief afgeef. Ik maak altijd een offerte voor een afgeronde opdracht.

Belangrijk is wel dat zowel de opdrachtgever als ik weten waar we aan toe zijn. Vóór het begin van een opdracht, niet halverwege. Mijn advies aan opdrachtgevers is daarom:

1. Wees duidelijk over wat je wilt en wat je verwacht. Geef een tekstschrijver de kans om een reële inschatting te maken van de aard van het werk, de inspanning en het eindresultaat (met andere woorden: zorg voor een goede briefing).
2. Kies een tekstschrijver niet zomaar op basis van zijn tarief, maar spreek een prijs per opdracht af.

Het bericht Hoeveel kost een tekstschrijver? verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

Handleiding persbericht schrijven

Voor al die stagiaires en voor ondernemers die graag zelf de pen ter hand nemen, bij deze een korte handleiding.

1. Een persbericht heeft een zakelijke, informatieve kopregel. Maak een kop maximaal 7 woorden lang en baseer die op de kernboodschap van het bericht. Kom je er niet uit, dan kun je ook nog een chapeau (bovenkop) gebruiken. De kans dat die in de krant komt is niet heel groot, maar soms gebeurt het.
2. In de eerste alinea meld je het ‘wie, wat, wanneer, waar en waarom’. Dat doe je op een journalistieke manier, dus zonder al die borstklopperige bijvoeglijke naamwoorden als succesvol, toonaangevend of leidend. Houd het kort.En letten jullie even op, PR-bureaus? In ons land is het gebruikelijk om een bericht te beginnen met een plaatsnaam en daarna een streepje. Dus geen datum en niet iets als ‘vandaag’ . Bovenaan je tekstdocument schrijf je ‘PERSBERICHT’ en daaronder de plaats en de datum. Dat is tekst die niet voor publicatie is bedoeld. Handig voor de redactie, meer niet.
   

   Een slecht voorbeeld

   Deze kreeg ik onlangs binnen, maar ik kan er talloze uit mijn mailbox vissen:

            Plaatsnaam, 31 augustus 2017 – NAAM BEDRIJF, toonaangevend leverancier van krachtige endpoint management software, NAAM Linux-aangedreven thin clients, zero clients en all-in-one thin client-oplossingen, introduceert de NAAM Pocket voor Apple Mac gebruikers.

   Wat gaat er hier niet goed?

   – Voor de streep staat de datum. Heb je ooit een krant gezien waar voor ieder artikel een datum staat? Dat bedoel ik dus.

   – Ieder bedrijf is leidend, wereldwijd leidend, gewoon toonaangevend, of wereldwijd toonaangevend. Ook hele kleintjes, waar nog niemand ooit van heeft gehoord. Hou toch op met dat geleuter! Er is geen journalist en geen lezer die deze prietpraat serieus neemt.

   – Natuurlijk heb je iets geregistreerd. Zo laat je zien dat je heel belangrijk en gewichtig bent. Maar een TM of R voeg je maar toe aan je logo, niet aan je persbericht.

   – Ik snap helemaal niks van de tekst, maar dat kan komen omdat iemand heeft besloten om het bericht naar alle goedkoop gekochte adressen te sturen. Dat is makkelijk, maar ook heel anoniem en vervelend voor iedere ontvanger die niks met jouw bedrijf, je nieuws of je doelgroep te maken heeft.
3. Iedere extra handeling om een slecht bericht -vaak vertaald uit het Amerikaans Engels- die je een redacteur laat verrichten om er iets leesbaars van te maken, verkleint je kans op plaatsing.
4. Werk het nieuws dat je in de eerste alinea hebt gemeld in de volgende alinea’s uit. Behandel één onderwerp per alinea. En ook hier geldt: houd het kort. Het hele bericht omvat bij voorkeur niet meer dan een A4. Je kunt in voorkomende gevallen nog wel achtergronddocumenten toevoegen of ervoor kiezen om zowel een kort als een lang bericht te schrijven. Maar als dat het geval is -omdat het voor het nieuws onmisbaar is- kun je misschien beter eerst contact opnemen met een redactie om dit tevoren te bespreken. Kennelijk is je nieuws dan zo opzienbarend dat het ook een interview rechtvaardigt. Maar meestal is de ruimte van een A4 de grens. Houd het principe ‘zo kort als het kan, zo lang als het moet’ aan.
5. Plak geen foto’s of andere afbeeldingen in je tekst. Voeg ze toe als bijlage als het om beelden met lage resolutie gaat, of zorg ervoor dat een redacteur ze makkelijk kan downloaden van een webpagina. Let er daarbij ook op dat je informatie over titels en copyright volledig is.
6. Je persbericht sluit je netjes af met ‘EINDE PERSBERICHT’ en daaronder je adresgegevens. Je kunt daarbij ook de redacteur uitnodigen om meer informatie op te vragen, te verwijzen naar bijlagen of een website. Vaak wordt daarbij de zin ‘Noot voor de redactie, niet voor publicatie’ gebruikt.
7. Timing is alles. Wanneer stuur je een bericht? Twee weken voor de gewenste publicatiedatum? Een week? Een dag? Het antwoord is lastig te geven. Het hangt af van wat je wilt. En welk medium je benadert. In de regel geldt: stuur je het te vroeg, dan sneeuwt het onder. Ben je te laat, dan gaat je beurt voorbij. Nou ja, aan deze tip heb je dus niet zoveel. Gelukkig weet Maria Punch van BNR het beter te verwoorden:

Het bericht Hoe schrijf je een goed persbericht? verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

Het onjuist (lees: overmatig) gebruik van spaties wordt ook wel de Engelse ziekte genoemd, omdat de Engelse taal nu eenmaal veel vaker woorddelen van elkaar scheidt dan onze Nederlandse taal. Overigens meldt Wikipedia dat er nog meer dan vreemd taalgebruik onder de term ‘Engelse ziekte’ valt, maar ik houd het hier toch maar even bij onjuist spatiegebruik.

Die Engelse ziekte heeft een grote vlucht genomen sinds internet gemeengoed werd. Het is nu al zo erg dat als je een lang Nederlands woord intikt in het zoekveld bij Google, die vermaledijde zoekmachine de suggestie doet dat je het maar anders moet proberen…

Waarom is een onjuiste spatie een ernstige fout?

Mensen die fouten maken bij het gebruik van spaties zullen altijd aanvoeren ‘dat het toch niet zo erg is’. ‘Je snapt toch wat ik bedoel?’ Ja, inderdaad, meestal snap ik wel wat je bedoelt. En soms is je fout om te glimlachen. Maar veel vaker overtuig je me ervan dat je je vak niet beheerst. Wat te denken van een SEO-tekstschrijver die zich aanbiedt als ‘SEO tekstschrijver’? Ga jij straks op mijn site schrijven dat mensen rode wijnglazen kunnen kopen? Of een cursus naakt schilderen kunnen volgen?

Als mensen om je website (of stoepbord, Facebookbericht, etc.) moeten glimlachen is dat soms goed, maar als het komt door een foutief spatiegebruik kan je dat klanten kosten. Die mensen twijfelen aan je zorgvuldigheid. En dat wil je niet.     

P.S. een website die volledig is gewijd aan het onjuist spatiegebruik, is www.spatiegebruik.nl. De site wordt helaas niet meer bijgehouden, maar via Twitter zijn de nieuwste spatiemissers nog wel te volgen.  

Het bericht Pas op voor de Engelse ziekte verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

Welnu, dat wil ik wel, als jij betaalt, maar je lezer wordt daar bepaald niet vrolijk van. Jip en Janneke waren namelijk twee kleuters, ontsproten uit het brein van Annie M.G. Schmidt. Zij was een heel goede schrijfster die boekjes schreef voor kleine kinderen en zij paste haar taalgebruik aan zodat die kleuters wisten waarover ze het had.

Maar ik schrijf geen teksten voor kleuters.

Een van de belangrijkste kenmerken van jip-en-janneketaal is het gebruik van korte zinnen. Met één onderwerp. Lees die boekjes er nog maar eens op na.

Teksten voor volwassenen moeten niet in jip-en-janneketaal worden geschreven. Teksten moeten zijn afgestemd op de doelgroep, de lezers. Dat betekent dat je voor kleuters anders schrijft dan voor universitair afgestudeerde vakgenoten. Een jip-en-jannekebrief sturen naar je gewaardeerde klanten is een mispeer, want ze beseffen direct dat ze door jou niet als volwaardig, maar als onvolgroeid worden beschouwd.

Nee, ook niet op internet

Schrijven voor het web vergt wat extra aandacht. Lezen vanaf een (klein) scherm is nu eenmaal niet zo gemakkelijk als het lezen van een papieren brochure. Maar ook dat betekent niet dat je moet overschakelen op kleutertaal. Korte zinnen zijn af en toe aangenaam, maar met een lange zin kun je je lezers misschien langer boeien. Simpele woorden zijn soms makkelijk te begrijpen, maar moeilijke termen laten zien dat je je lezers serieus neemt.      

Het toegankelijk maken van teksten die door specialisten zijn geschreven voor niet-specialisten is een hele klus. Maar een slecht uitgangspunt is het gebruik van die vervelende metafoor over ‘Jip en Janneke’. Die was leuk en duidelijk, maar heeft ten onrechte zijn intrede gedaan in de communicatiewereld. Heel jammer, want de meeste klanten zijn helemaal geen kleuters en willen ook niet zo worden toegesproken.

Het bericht Gebruik jip-en-janneketaal alleen als je klanten kleuters zijn verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

Het verschil tussen een tekstschrijver en een SEO-tekstschrijver is eigenlijk heel simpel uit te leggen:

1. Een tekstschrijver schrijft teksten voor een opdrachtgever met het lezerspubliek (de doelgroep) voor ogen.
2. Een SEO-tekstschrijver doet dat ook, maar heeft daarnaast ook oog voor de manier waarop zoekmachines een tekst scannen en waarderen.

Zoekmachineoptimalisatie

SEO-tekstschrijven is eigenlijk een raar begrip. Want het suggereert dat je schrijft voor zoekmachine-optimalisatie. Maar dat is natuurlijk niet zo. Je schrijft in eerste instantie voor je lezerspubliek, in dit geval de bezoekers van je website. Dat staat altijd voorop. Je wilt je bezoekers informeren, vermaken, aanzetten om iets te kopen, of wat je ook maar als doel hebt gesteld.

Het vervelende van zoekmachines is dat die -nog- niet begrijpen wat je bedoeling is, maar domweg de tekst scannen (dat verandert snel, maar daarover een andere keer). De algoritmes van de zoekmachine zijn erop gericht om te ontdekken wat een tekst behelst en daarvoor zijn ze op zoek naar de belangrijkste woorden. Dat gegeven vormt de leidraad voor de SEO-tekstschrijver, want als die woorden en termen (de zoekwoorden) helder zijn, kun je zorgen dat ze in de tekst voorkomen. Vraag en aanbod op elkaar afstemmen.

Zoekwoorden en tekst

Een goede SEO-tekstschijver zal nooit als een dolle op het toetsenbord gaan rammen, maar zich eerst altijd afvragen wat de zoekwoorden en zoektermen zijn waarop die tekst via zoekmachines gevonden moet worden. Beter nog: hij onderzoekt welke woorden en woordgroepen daadwerkelijk gezocht worden, voor hij aan de slag gaat. Dat kan bijvoorbeeld via de Google Keyword Planner of de tegenhanger Bing Keywords. Vervolgens zorgt hij ervoor dat die woorden en termen op strategische plaatsen in de tekst verschijnen. Strategisch? Jazeker.

Een SEO-tekstschrijver heeft verstand van de manier waarop zoekmachines een webpagina scannen en ‘beoordelen’. En houdt daar dus rekening mee bij het opzetten en indelen van de tekst. In een volgend blog zal ik je vertellen hoe zo’n scan er uitziet en hoe je daarmee bij je eigen site rekening kunt houden.

Maar het belangrijkste is natuurlijk dat de site-bezoeker altijd voorop staat en dat inspanningen voor SEO nooit ten koste mogen gaan van de aantrekkelijkheid van de webpagina zelf. En dat… onderscheidt een goede SEO-schrijver weer van een gewone SEO-schrijver.

Het bericht Het verschil tussen een tekstschrijver en een SEO-tekstschrijver verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.

Los van de letterlijke betekenis (copy = tekst, writer = schrijver) is er wel degelijk een onderscheid. O ja, het is allebei tekst. Maar vergis je niet in het verschil tussen tekst voor het ene en voor het andere doel. Een dichter is met tekst bezig en een romanschrijver ook, maar dat betekent niet dat de een het werk van de ander kan overnemen. Soms kan iemand het wel, die is romanschrijver én dichter. Maar vaak is dat niet zo, dan is de schrijver eigenlijk maar in één van alle disciplines echt goed. Dus als je iemand zoekt die je teksten verzorgt, kun je beter zo specifiek mogelijk aangeven wat je wilt.

Lang niet iedere schrijver van je brochure kan ook je website goed vullen.
Of een advertentie voor je maken.

De tekstschrijver

Tekstschrijvers waren en zijn mensen die een brochure volpennen, of je website. En je bedrijfsblad vullen. Het zijn mensen die overweg kunnen met lange verhalen. Maar ook hier geldt: niet iedereen is overal even goed in. Er zijn tekstschrijvers die erg goed zijn in interviewen en het uitschrijven van het verhaal in twee of meer pagina’s, maar die ronduit slecht zijn in webteksten. Andersom, dat had je natuurlijk al verwacht, komt ook voor.

De copywriter

Copywriters vind je behalve in het wild vooral bij reclamebureaus. Zij kunnen namelijk krachtige kopregels maken en aantrekkelijke teksten voor advertenties of commercials. Vaak werken ze ook samen met een art-director om samen een ‘concept’ te bedenken. Maar als je aan een copywriter vraagt om meer dan een A4’tje vol te pennen, of een website te vullen, kijkt hij wanhopig om zich heen, op zoek naar een tekstschrijver.

Aandacht en verleiding

Vraag je aan een tekstschrijver daarentegen om een pakkende advertentieserie te bedenken, dan kom je ook vaak van een koude kermis thuis. Ze denken in pagina’s, niet in millimeters. Volgens veel copywriters snappen tekstschrijvers niks van zaken als aandacht en verleiding. Volgens veel tekstschrijvers kunnen copywriters niet schrijven.

Nou ja, ieder zijn vak.

Het bericht Het verschil tussen een tekstschrijver en een copywriter verscheen eerst op Tekstschrijver Deventer.